Dat bleek dinsdag in het eerste deel van het debat met staatssecretaris Frans
Weekers (Financiën) over de bankenbelasting die het kabinet deze zomer al
wil invoeren.

In de ogen van het kabinet is de belasting gerechtvaardigd omdat banken en
verzekeraars in de kredietcrisis met miljarden euro’s zijn gered. Bovendien
hoopt Weekers dat de belasting ook leidt tot een matiging van het
bonusbeleid in de financiële sector.

Juist op dat punt wil een Kamermeerderheid de plannen nog aanscherpen. In het
voorstel van Weekers is het zo dat banken een opslag op hun belasting van 5
procent betalen als ze bonussen geven die hoger zijn dan 100 procent van het
vaste salaris. CDA, PvdA en PVV hebben een voorstel ingediend dat die
drempel verlaagt naar 25 procent.

Of de Kamer Weekers dwingt om de belasting te verdrievoudigen moet woensdag
blijken, als Weekers antwoord geeft op de vragen. De PVV is nodig om de
linkse partijen met hun pleidooi aan een meerderheid te helpen, maar
PVV-Kamerlid Roland van Vliet wil eerst van Weekers weten hoeveel zijn
voorstel voor het schrappen van de belastingvrije voet (de zogenoemde
doelmatigheidsvrijstelling) op kan leveren.

Kamerleden vinden de belasting op de ongedekte schulden van bancaire
instellingen die actief zijn in Nederland te laag in verhouding met andere
Europese landen zoals Groot-Brittannië. Ook in vergelijking met andere
commerciële bedrijfstakken in Nederland is de financiële sector in Nederland
‘undertaxed’, zoals PvdA-Kamerlid Ed Groot het noemde.

Het kabinet heeft er altijd voor gewaarschuwd dat banken niet overvraagd
moeten worden. Ze moeten ook hun buffers al ophogen en krijgen een speciale
heffing voor de kiezen waarmee het depositogarantiestelsel wordt opgehoogd.
Dat stelsel garandeert spaartegoeden bij Nederlandse banken tot 100.000
euro.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl